Blog
Racen met de poppenwagen
Een hele tijd geleden had ik twee lesbische vriendinnen die een zoon kregen, Jannes. Overtuigd als ze waren van absolute gelijkwaardigheid tussen vrouwen en mannen (en dus meisjes en jongens), gaven ze het kind sekseneutraal speelgoed. Boven zijn bed hing een grote plaat met allerlei figuren, een soort van Haasteren avant-la-lettre. Als baby wees Jannes de hele tijd naar de poster en riep dan: ‘Faffa, faffa!’ Pas toen hij oud genoeg was om te staan, kon hij de vrachtwagen aanwijzen die al die tijd zijn aandacht had getrokken. En toen hij een peuter was, zette Jannes een circuit uit om met zijn poppenwagen te racen.
Twee moeders
Lesbisch ouderschap is niet nieuw in Nederland, toch ervaren lesbische moeders en hun kinderen nog vaak vooroordelen. Bijvoorbeeld dat de kinderen een mannelijk rolmodel zouden missen. Enkele jaren geleden is er onder pedagogisch medewerkers een onderzoek gedaan naar hun houding tegenover lesbische ouderparen. De onderzoekers lieten de pedagogisch medewerkers twee dezelfde filmpjes zien over een gezin dat met een kind van 2 in een restaurant zit te eten. Het kind misdraagt zich en gooit zijn eten op de grond. Als de ouders het kind tot de orde roepen, gaat het eerst gillen, maar na een tijdje kalmeert het en eet het rustig verder. De pedagogisch medewerkers moesten het opvoedgedrag van de ouders beoordelen. In het ene filmpje ging het om een vader-moederouderpaar, in het andere filmpje over een lesbisch ouderpaar. De pedagogisch medewerkers beoordeelden het gedrag van het kind bij het tweemoederpaar vaker als niet-normaal, ze vonden dat de twee moeders negatiever op hun kind reageerden en ze dachten bij het tweemoederpaar vaker dat het door de gezinssituatie kwam dat het kind zich zo gedroeg.
Meer quality-time
Henny Bos, hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, doet al jarenlang onderzoek naar lesbisch (en inmiddels ook homo-)ouderschap. Uit haar onderzoek blijkt dat deze vooroordelen niet terecht zijn. Ze ontdekte dat kinderen die opgroeien in homo- of lesbische gezinnen net zo gelukkig zijn als kinderen die opgroeien in heterogezinnen. Jongens als Jannes lieten op 17-jarige leeftijd op een aantal aspecten zelfs een positiever beeld zien dan jongens die opgegroeid waren in een traditioneel heterogezin: ze waren sociaal vaardiger, vertoonden minder agressief gedrag en presteerden beter op school. Ook Jannes zelf is trouwens goed terecht gekomen. Hij heeft een goede baan, een vaste relatie en een prima band met zijn moeders en zus.
Andere onderzoekers bevestigen de bevindingen van Bos. Kinderen die opgroeien bij twee moeders of twee vaders hebben zelfs een uur meer quality-time per dag dan kinderen die opgroeien bij een vader en moeder. De onderzoekers hebben er ook wel een verklaring voor: lesbische of homostellen die voor een kind kiezen, hebben daar vaak heel lang over nagedacht. Het zou dus best kunnen zijn dat het voor hen een veel bewustere keuze om aan kinderen te beginnen dan voor de meeste heterostellen.
Tips voor pedagogisch medewerkers: elk gezin is normaal!
De tijd van het traditionele vader-moeder-kinderengezin is voorbij. Voor een jong kind is de situatie waarin het opgroeit ‘normaal’. Pas als het kind met andere kinderen en andere gezinnen in aanraking komt, ‘ontdekt’ het dat het ook anders kan en dat gezinnen verschillend zijn. Het is dan aan de volwassenen in de omgeving te laten zien dat gezinnen verschillend zijn maar niet beter of slechter.
– Voor pedagogisch medewerkers is het belangrijk het eigen begrip van het woord ‘gezin’ zoveel mogelijk op te rekken. Ben je ervan bewust dat kinderen op elkaars thuissituatie reageren en dat het van wezenlijk belang is hier goed mee om te gaan. Laat door gesprekken met en tussen kinderen merken dat elke gezinsvorm oké is, zolang er maar lieve mensen zijn die voor kinderen zorgen.
– Gebruik ook als je met ouders spreekt algemene woorden: bijvoorbeeld ouders in plaats van papa en mama of vader en moeder.
– Hang foto’s op van verschillende gezinsvormen, zo geef je de boodschap dat alle gezinnen welkom zijn.
– Ben je er met feesten als Vaderdag van bewust dat niet alle kinderen uit een traditioneel gezin komen: laat hen iets maken voor een andere ouder of verzorger. Overigens is zo’n gelegenheid het ideale moment om verschillende gezinsvormen met kinderen te bespreken.
Bron: Henny Bos (2018) ‘Somewhere over the rainbow’: werkelijkheid, nog steeds een droom, of iets er tussen in?.