Logo Universiteit Utrecht

Early Years blog

Early Years blog

Blog

Het combineren van taal met muziek in de kleuterklas

‘Dingen die je leuk vindt, daar leer je van’

Karin Hoogeveen, adviseur en onderzoeker, Sardes

Regen

De regen komt met bakken naar beneden op een woensdagmiddag in november. In een kleuterklas in Dordrecht leest een vakdocent muziek het prentenboek ‘Aju paraplu’ voor. Dat gaat over (het geluid van) regen, dus dat past mooi bij het weer van die dag. De kinderen zijn geboeid, leven mee met het verhaal en geven antwoord op vragen. De woorden ‘goot’ en ‘dakgoot’ komen aan de orde. Ook laat de docent een paraplu en een parasol zien en vraagt de kinderen wat het verschil is. Ze pakt haar gitaar en zingt een liedje dat ze bij het boek heeft gemaakt en nieuw is voor de kinderen. Ze proberen meteen al zachtjes mee te zingen en maken gitaarspeelgebaren. Het tweede deel zingt de docent in gedeelten voor. De docent herhaalt het hele liedje een paar keer en legt uit: ‘Ik begin bovenaan het lied, luister goed naar de woorden’. De kinderen vragen of ze mogen staan. Dat mag en ze klappen en stampen enthousiast mee met het lied.

Te weinig creatieve activiteiten in het basisonderwijs

Scholen met kinderen met een taalachterstand voelen zich geroepen om zoveel mogelijk tijd aan taalontwikkeling te besteden. Een logische keuze, maar die kan ten koste gaan van de aandacht voor kunstvakken, zoals muziek, drama en dans. Tegelijkertijd zien we dat er onder leerkrachten in het basisonderwijs onzekerheid is over hun competenties voor het geven van kunstvakken, waardoor ze deze lessen nogal eens achterwege laten. Uit onderzoek blijkt dat de helft geen of slechts enigszins vertrouwen heeft in de eigen vaardigheden. Bij scholen met een hoge achterstandsscore is dit nog minder [1]. Daarom is sinds een aantal jaar landelijke subsidie beschikbaar, o.a. voor het inhuren van externe muziekdocenten. De overheid wil dat elk kind in aanraking komt met kunst en cultuur en wil de deskundigheid van groepsleerkrachten versterken. Het samen voorbereiden en lesgeven met vakdocenten kan helpen.

Combinatie van taal- en cultuurdoelen

In Dordrecht combineren verschillende scholen taalonderwijs met kunstvakken, waarbij vakdocenten theater, muziek en dans worden ingezet. Die werken nauw samen met groepsleerkrachten, zodat er een aansluiting is op het reguliere curriculum. De taal- en kunstvakdoelen worden gecombineerd, maar de taaldoelen staan centraal. Een prentenboek vormt de rode draad om doelen op verschillende vlakken te bereiken. Er is veel afstemming tussen de vakdocenten en de school, vooral voor woordenschat. De lessen van de drie vakdocenten sluiten op elkaar aan, woorden komen in iedere discipline terug en er komt steeds iets bij. Het gaat om herhalen en steeds verder opbouwen.

Dat gebeurt in een ‘schakelklas’ na schooltijd voor een specifieke groep kleuters, maar het kan natuurlijk ook onder schooltijd voor alle kinderen. Een vaste groep van maximaal vijftien leerlingen krijgt 4,5 uur per week extra onderwijs. Dat zijn leerlingen waarmee, op grond van verwachtingen vanuit het leerjaar ervoor, leerwinst geboekt kan worden. De leerkracht uit groep 1 en de ib’er maken een inschatting op basis van het kindvolgsysteem en stellen taaldoelen vast. De vakdocenten gebruiken de SLO-doelen voor de pre-fase Nederlandse taal voor peuters en kleuters en stellen doelen op voor de kunstvakken [2].

Uit monitoronderzoek van Sardes naar de schakelklassen in Dordrecht blijkt keer op keer dat de kleuters in deze groepen mooie resultaten boeken: de gemiddelde groei op de toets Taal voor Kleuters ligt hoger dan de landelijk gemiddelde groei.

De waarde van kunst en cultuur

In Nederland wordt veel gezongen in kleuterklassen, vooral als middel om iets anders te bereiken, bijvoorbeeld liedjes om op te ruimen, de dag af te sluiten, naar het speellokaal te lopen etc. Het bewust combineren van verschillende doelen, komt veel minder voor. Een gemiste kans, want we weten uit onderzoek dat het combineren van kunstvakken met andere leergebieden een versterkend effect kan hebben op beide. Dat gaat niet voor alles op, maar is afhankelijk van de onderliggende cognitieve overeenkomsten tussen de kunstdiscipline en de andere leergebieden. Zo kan bijvoorbeeld muziek een versterkend effect hebben op taalontwikkeling of – in de woorden van de bekende Nederlander Erik Scherder – ‘Het produceren en waarnemen van het ritme in de muziek kan aandachtsprocessen trainen, wat weer ten goede komt aan andere cognitieve processen.’ En ‘het tikken van een ritme hangt samen met de ontwikkeling van taal’ [3].

Kunstonderwijs kan algemene cognitieve vaardigheden stimuleren, zoals reflectievermogen, creativiteit en kritisch denken. Ook kan via de kunstvakken gewerkt worden aan communicatieve en sociale vaardigheden, zoals samenwerken, empathie en zelfvertrouwen [4].

Terug naar de les in Dordrecht

Later in de les zet de vakdocent muziek het nieuw geleerde lied weer in, nu met ‘zon- en ‘regeninstrumenten’ waar de kinderen eerder in de les kennis mee maakten. Het deel van het lied waarbij ze mogen nazeggen, gaat ze goed af. Het is de bedoeling dat de kinderen beurtelings muziek maken, zon of regen, en meezingen. Dat blijkt te moeilijk. Ze kennen de tekst van het lied nog niet en vinden tegelijk zingen en muziek maken moeilijk. Later lukt het een beetje en krijgen de kinderen daarvoor een compliment. De vakdocent oefent met tegelijk stoppen met muziek maken en geeft het ritme aan. Ze gebruikt het woord ‘accent’. Het is opvallend dat de kinderen geboeid en enthousiast mee blijven doen. De uitspraak van de leerkracht ‘Dingen die je leuk vindt, daar leer je van’ is dan ook zeker van toepassing.

Meer lezen / kijken over de schakelklas in Don Bosco?:

 

Noten

1 Landelijke monitor Cultuureducatie primair onderwijs 2018-2019 | Rapport | Rijksoverheid.nl (p. 49).

2 De inhoudskaarten van een creatief proces van SLO worden gebruikt, waarbij het leerplankader Kunstzinnige Oriëntatie gecombineerd wordt met TULE (tussendoelen en leerlijnen) van SLO.

3 Scherder, E. (2018). Singing in the brain light. Amsterdam: Atheneum-Polak (p.33)

4 Heusden, van B. P. (2012). Cognitiewetenschappen en kunstonderwijsCultuur + Educatie, 12(34), 110 – 126.